
Samenvatting kadernota 2026
Vorig jaar werden wij geconfronteerd met wat in de volksmond het ‘financieel ravijn’ is gaan heten. Voor onze gemeente moesten we rekening houden met een tekort van €3,5 miljoen in 2026, oplopend tot zo’n €6 miljoen in 2029 en verder.
Hoop op het beste, bereid je voor op het ergste
Het afgelopen half jaar hebben wij daarom een inventarisatie uitgevoerd van mogelijke ombuigingen die kunnen bijdragen aan verbetering van onze financiële vooruitzichten. Dat leidde tot een pakket van ruim 100 ombuigingsopties, deels met meerdere varianten.
Ombuigingsopties voorgelegd aan samenleving en aan raadsfracties
We hebben de samenleving gevraagd welke ombuigingen voor hen wel en niet acceptabel zouden zijn. Vervolgens is alle opgehaalde informatie met de raadsfracties gedeeld en hebben wij van meerdere fracties input terugontvangen.
Hoop is deels uitgekomen: het ravijn is ‘opgeschoven’
In april van dit jaar bleek dat het kabinet de zorgen van gemeenten uiteindelijk tóch serieus heeft genomen. Begin juni werd duidelijk dat we – vooral in de jaren 2026 en 2027 – extra financiële middelen van het rijk ontvangen.
Ombuigingen blijven noodzakelijk
Omdat de tekorten in 2026 en 2027 zo veel kleiner zijn geworden, stelt ons college voor om op korte termijn vooral financieel-technische aanpassingen en andere ombuigingen in te zetten die geen of een zeer beperkte impact hebben. In totaal gaat het om een bedrag van zo’n € 1,5 miljoen.
Beperkte ruimte voor nieuw beleid en intensiveringen
Een ander voordeel van de financiële meevaller is dat er enige ruimte ontstaat om noodzakelijk nieuw beleid en intensiveringen op te nemen. Dat betreft niet of nauwelijks eigen ambities, maar vooral extra uitgaven die nodig zijn vanwege wetswijzigingen en de voorzetting van uitvoering van onze gemeentelijke taken.
Meer tijd om noodzakelijke vervolgstappen voor te bereiden
En ten slotte maken de extra financiële middelen die wij voor 2026 en 2027 ontvangen, het mogelijk om meer tijd te nemen om verdere, mogelijk ingrijpende stappen voor te bereiden. Met de ruim 100 ombuigingsopties hebben we sowieso voldoende maatregelen achter de hand om de begroting ook op de langere termijn sluitend te maken. Maar die opties hebben we niet alleen nodig om het tekort vanaf 2028 te dempen.
Krimpen aan den IJssel veroudert, verandert en groeit
Gebruikelijk is dat we in de kadernota en de begroting vier jaar vooruitkijken. Bij openbare ruimte en vastgoed kijken we in meerjarenplannen echter veel verder vooruit.
Onze gemeente kent een geschiedenis van bijna 750 jaar, maar pas in de laatste 75 jaar daarvan (vanaf de opening van de Algerabrug in 1958) is Krimpen sterk tot ontwikkeling gekomen. Grote delen van de gemeente die in deze 75 jaar zijn ontwikkeld, zijn nu verouderd.
Om hierop in te spelen moet de gemeente investeren. En investeringen zijn ook nodig om onze gemeente toekomstbestendig te maken. Maar, veel van deze investeringen zijn nog niet in de huidige ramingen verwerkt.
Er zullen de komende jaren nog veel keuzes gemaakt moeten worden
Veel van die keuzes die zich aandienen, worden in deze Kadernota al aangestipt en toegelicht. Denk aan het ‘Hart van Krimpen’ en aan de vernieuwing van het zwembad. Maar ook voor de vernieuwing van de openbare ruimte en het maatschappelijk vastgoed voor onderwijs, sport en cultuur is op lange termijn meer geld nodig.
In gesprek met de gemeenteraad over de verdere aanpak en planning
De behandeling van de Kadernota zal daarom vooral het startpunt kunnen zijn van het goede (politieke) gesprek over de voorzieningen in onze gemeente. Voorzieningen die passen bij de visie op het sociaal domein en bij de Omgevingsvisie die in het najaar door de gemeenteraad zal worden vastgesteld.